Domein 8
Mobiliteit en transport
Voor mobiliteit en transport zijn ambitieuze doelstellingen onvermijdelijk. Het Energieakkoord stippelt daar verschillende wegen voor uit.
waar gaat het om ›
ambitie & aanpak
Waar
gaat het om, ambitie & aanpakAmbitieuze doelstellingen van de mobiliteits- en transportsector zijn noodzakelijk voor een succesvolle energietransitie en duurzame groei. Het Energieakkoord onderscheidt meerdere wegen: verhoging van de energie-efficiëntie, efficiëntieverbetering in gebruik van mobiliteit en transport, een groter aandeel duurzame modaliteiten. Ook wordt gewerkt aan de overgang naar nieuwe energiedragers, een verkenning van mogelijke toepassing van ‘betalen voor gebruik’, effectief bron- en ruimtelijk beleid en effectief mobiliteitsmanagement dat aansluit. Een deel hiervan richt zich op de korte termijn. Ook op de lange termijn zijn veel acties nodig die
zich richten op het versnellen en opschalen van de innovaties op het gebied van voertuigen en brandstoffen.Ambitie
In 2030 mag de sector maximaal 25 Mton CO2 uitstoten, 17 procent minder dan in 1990. Het reductiedoel voor 2050 is 60 procent. In het Klimaatakkoord wordt gestuurd op nul-emissie in 2050. De bijdrage aan de totale extra besparingsopgave van 100 PJ in 2020 is 15 à 20 PJ ten opzichte van de referentieramingen van ECN/PBL 2012. Er zijn diverse tussendoelen geformuleerd. Daaronder een ingroeimodel voor elektrische personenauto’s met als doel dat vanaf 2035 alle nieuw verkochte personenauto’s CO2-emissievrij kunnen rijden. Deze ambitie is door het kabinet Rutte II aangescherpt met 2030 als nieuwe streefdatum.
Voortbouwend op het Energieakkoord zijn in 2018 in het kader van het Klimaatakkoord verdere afspraken gemaakt voor dit doel. Dit gebeurde aan de sectortafel Mobiliteit. Die bestond grotendeels uit partijen die dit onderdeel van het Energieakkoord hebben ondertekend.
Lees hier de voorstellen van het Klimaatakkoord over mobiliteit ›
Aanpak
De afspraken van het Energieakkoord over mobiliteit en transport zijn vertaald in een uitvoeringsagenda. Het Uitvoeringsoverleg Mobiliteit en Transport (UMT) bewaakt de voortgang hiervan. De leden komen uit de organisaties die dit onderdeel van het Energieakkoord hebben ondertekend. Het UMT heeft een onafhankelijke voorzitter en secretaris.
Wat is er in 2018 bereikt?
Koploper elektrisch vervoer leidt tot innovatie en economische kansen
De Green Deal elektrisch vervoer heeft de ambitie dat 10 procent van de nieuwe personenauto’s in 2020 elektrische rijdt en met een stekker wordt opgeladen. Nederland is een van de Europese koplopers. Elektrische personenauto’s zijn goed voor het milieu en leiden tot innovatie met economische kansen.
Elektrisch rijden monitor van de ANWB (PDF) ›
Van kostenreductie naar professionele markt voor laadinfrastructuur
De Green Deal Laadinfrastructuur beoogt meer en goedkopere laadpalen. Doel is
de kosten eind 2017 met 70 procent te verlagen ten opzichte van 2013. In 2017 was de kostenreductie 35 procent. Verwachting is dat de daling doorzet. Om de prijsdaling te versnellen is een Nationale Agenda Laadinfrastructuur opgesteld waarin partijen afspraken maken over de verdere uitrol van laadinfrastructuur. Uit de Green Deal vloeit de Rijksregeling Laadpalen voort. Deze ondersteunt gemeenten bij de plaatsing van publieke laadpunten. Bij de start waren er slechts 6.000 publieke laadpunten in heel Nederland. Medio 2018 zijn het er ongeveer 17.500, waarmee Nederland koploper is in Europa.Meer informatie over de rijksbijdrage ›
Koploperbeleid CO2-reductie in de mobiliteit
In 2018 zijn 44 corporate bedrijven aangesloten bij de Anders Reizen coalitie. Per fulltime functie willen zij met zakelijk reizen en woon-werkverkeer in 2030 50 procent minder CO2 uitstoten in vergelijking met 2016. De praktijkervaring die leidt tot de grootste reductie is opgenomen in het koploperbeleid. Dit biedt perspectief om het doel in 2030 ruimschoots te halen. Als alle bedrijven in Nederland dit doorvoeren kan het een besparing van 4 Mton CO2 opleveren.
Green Deal Autodelen
Het aantal deelauto’s groeide met 10.000 naar 41.000. Zo’n 400.000 mensen gebruikten deze auto’s. Ondanks deze stevige groei wordt het doel van de Green Deal Autodelen niet gehaald. Dat was 100.000 deelauto’s eind 2018. Inmiddels is er een Green Deal Autodelen II afgesloten om het streefaantal uiterlijk 31 oktober 2021 alsnog te realiseren.
Green Deal Het Nieuwe draaien op volle toeren
De 'Update Green Deal Het Nieuwe Draaien' van 10 september 2018 geeft een actueel beeld van de inspanningen om de CO2-uitstoot van mobiele werktuigen (graaf- en bouwmachines, bulldozers, tractoren) fors terug te dringen. Een kwart van de afspraken is uitgevoerd en afgerond. Aan 55 procent van de afspraken wordt actief gewerkt.
De Green Deal Het Nieuwe draaien ›
Zero-emissie ov-bussen ligt op schema
De groei van het aantal zero-emissie bussen zet door. Zes procent van de ov-bussen was in september 2018 zero-emissie. Hierbij zijn 40 trolleybussen meegeteld. Binnen zes maanden stromen nog 140 zero-emissie bussen in. De groei is in lijn met de afspraken die ertoe moeten leiden dat in 2025 alle nieuwe ov-bussen emissieloos zijn.
Overzicht milieuprestatie OV-bussen ›
Voor zero emissie doelgroepenvervoer is een Green Deal opgesteld
Om de uitrol van emissievrij vervoer te versnellen is het Bestuursakkoord Zero Emissie Doelgroepenvervoer op 31 mei 2018 ondertekend. Ondertussen hebben 49 gemeenten en 15 bedrijven het akkoord en bijbehorende convenant ondertekend. Deze partijen werken samen aan emissievrij doelgroepenvervoer vanaf 2025.
Topsector Logistiek boekt resultaat met logistieke optimalisatieprojecten
In 2016 zijn 33,2 miljoen vrachtwagenkilometers in Nederland bespaard. Dat is 36 procent van het doel voor 2020. De bulk van deze besparing komt door Synchromodaal Transport. De bijdrage van Cross Chain Control Centers is nog beperkt.
Geharmoniseerde methodiek prestatievergelijking bedrijven niet haalbaar
De inzet op een geharmoniseerde methodiek die een onderlinge prestatievergelijking van
CO2-uitstoot tussen bedrijven mogelijk maakt, blijkt niet haalbaar. Het ligt niet binnen bereik van de partners. Om te voorkomen dat de actie stilvalt, stellen ze voor methodieken die bruikbaar zijn te publiceren. Ondernemers kiezen hieruit wat hen het best past.
Meer resultaten ›
Naar database
Laadinfrastructuur
Zonder laadpalen komt elektrisch rijden niet van de grond. Het aantal palen groeit, maar het moeten er nog veel meer worden met een goede spreiding over het land. De Green Deal laadinfrastructuur heeft als doel dat er nog meer laadpalen komen en dat de kosten fors omlaag gaan.
Marie-José en Jeroen Baartmans
Veel mensen roepen dat het niet kan. Wij laten zien dat het wel kan
Stefan Hulman
Geen weg terug voor zero-emissie bus
Hugo Houppermans en Peter Soonius
Kom aan iemands leaseauto en de rapen zijn gaar
Marie-José en Jeroen Baartmans
Directie Breytner
Uitstootvrij wegtransport - het kan, maar je moet wel lef hebben
“Veel mensen roepen dat het niet kan. Wij laten zien dat het wel kan”, zegt Marie-José Baartmans, oprichter en directeur van Breytner. Dit stadsdistributiebedrijf in Rotterdam richt zich met vier elektrische trucks op volledige schoon transport in de stad. “Wij zijn geen consultants die analyseren of elektrisch transport en logistiek kan. We doen het, hebben een verdienmodel en een intrinsieke motivatie.”
Het gaat Breytner in de eerste plaats om de luchtkwaliteit in de stad te verbeteren. “Het gaat teveel over verminderen van CO2. De effecten van fijnstof, mono stikstofoxiden, geluidsoverlast en het vastlopen van het verkeer in de stad, hebben een enorme impact op de leefbaarheid in steden”, vult mede-oprichter Jeroen Baartmans aan. “Om toekomstbestendig te zijn moet je deze onderwerpen integraal meenemen in een nieuw Klimaatakkoord.”
Regelgeving
De sleutel is volgens hen regelgeving. “De transport- en logistiekbranche is een traditionele sector. Meestal zijn het kleine familiebedrijven, waarbij de eigenaar zelf ook chauffeur is. De innovatiekracht zal daar niet vandaan komen”, stellen de broer en zus. Zij verkochten zelf hun traditionele transportbedrijf met dieselvrachtwagens om na een jaar onderzoek opnieuw te beginnen, met een zero emissie transportbedrijf. ‘De vervuiler betaalt’ is naar hun verwachting het principe dat het beste zal werken. “Iedereen zit dan in hetzelfde schuitje en de markt zal zichzelf reguleren. Je sluit niemand buiten. Je mag nog steeds met een vervuilende truck de stad in, het kost alleen meer”, aldus Jeroen.
Politiek lef
“Het vergt politiek lef om dit soort regelgeving in te voeren. In downtown Londen is het al een feit. Daar heeft die rijke bevolking, onder wie veel advocaten en juristen, het zelf afgedwongen. Een kwalitatief schone leefomgeving is een grondrecht. Inmiddels lopen ze daar 10 jaar voor op ons”, vertelt Marie-José. Jeroen verwacht meer van de opdrachtgevers. “Er is een aantal grote producenten en winkelketens in Nederland die naast hun eigen motivatie ook marketingwaarde zien in uitstootvrij transport en zich daarmee onderscheiden in de markt.”
Kan snel gaan
“Het kan heel snel gaan”, denkt Marie-José. Achter de schermen werkt een aantal producenten aan volledig elektrische trucks. Op dit moment moet je een diesel truck nog zelf om laten bouwen tot een elektrische. “De roep vanuit de samenleving en de politiek is nog niet groot genoeg. De producenten wachten op het juiste moment om het laken van hun volledige elektrische truck te trekken.”
Pas op biobrandstof
Jeroen waarschuwt voor de inzet van biobrandstoffen, waarop het Energieakkoord inzet. “Biodiesel, levert inderdaad 89 procent minder CO2-uitstoot op. Maar voor de luchtkwaliteit doet het helemaal niks. Het water staat nu bijna boven onze lippen. Dan kan je laagdrempelige maatregelen nemen waardoor het water net voldoende zakt. Je kunt ook maatregelen nemen dat we weer droge voeten krijgen. Dat bereik je alleen door over lange termijnen te durven kijken.”
Green Deals
In de lokale Green Deals zien de ondernemers dat terug. “Het helpt als je als bedrijf rechtstreeks met de overheid kunt communiceren. In ons huidige politieke systeem waarin wethouders en ministers elke vier jaar wisselen, zorgen ambtenaren voor de continuïteit. Hen kan je meenemen in je langetermijnvisie. Zodra de communicatie via brancheorganisaties gaat lopen, zoals in de landelijke Green Deals, werkt het niet meer. Zij vertegenwoordigen – terecht – de hele branche en dan wordt het polderen.” Het advies dat Marie-José en Jeroen Baartmans willen meegeven: “Polder niet teveel, en durf resoluut te zijn.”
Stefan Hulman
Secretaris Stichting Zero Emissie Busvervoer
Geen weg terug voor zero-emissie bus
Alle Nederlandse OV-bussen zijn in 2030 volledig emissievrij. Bij het formuleren van die doelstelling in 2012 was er scepsis. Inmiddels is het point of no return bereikt. “Achterblijven is geen optie meer.”
Het succes van de Green Deal voor het busvervoer, uit 2012, kan als voorbeeld dienen. “Het is uitgesloten dat er in 2030 nog bussen rondrijden op fossiele brandstof”, zegt Stefan Hulman. Hij was secretaris van Stichting Zero Emissie Busvervoer. Die had tot taak het proces op gang te krijgen. Volgens hem hadden met name de landelijke en gemeentelijke overheden de wens om de transitie van fossiel naar elektrisch busvervoer tot stand te brengen. “Deels vanwege de klimaatverandering, maar zeker ook voor een gezonde leefomgeving door verbetering van de luchtkwaliteit.”
Er was veel twijfel over de haalbaarheid.
“Het gaat om veel meer dan het vervangen van een paar bussen; er zit een wereld achter. Denk aan exploitatie, laadinfrastructuur, onderhoud en beheer, brandstofvoorziening en alle afspraken en contracten die daarmee samenhangen. Je kunt niet zomaar een knop omzetten; het vereist een geleidelijke overgang naar volledig elektrisch rijden. Dat is kostbaar en technisch ingewikkeld.”
Hoe is het dan toch gelukt?
“Het ambitieniveau van vervoerders verschilde nogal. We maakten daarom gebruik van de first movers. Hun enthousiasme werkte motiverend en maakte het mogelijk pilotprojecten te starten. In Limburg rijden nu al 250 elektrische bussen rond. Door deze pilots ontstond een dynamiek in de hele sector. Wie vandaag nog volhoudt met fossiele brandstof goedkoper uit te zijn, plaatst zichzelf buiten het debat.”
Toch speelden juist de kosten een belangrijke rol
“Zeker. Een elektrische bus is in aanschaf nog altijd duurder dan een fossiel aangedreven variant. Qua brandstof is hij wel weer goedkoper. Essentieel was het principe van total cost of ownership (TCO). Hoe ziet het kostenplaatje eruit over de volledige gebruiksduur? Dan blijkt het haalbaar. De aanvangsinvestering is hoger, de financiële voordelen komen later. Dat moet je meenemen in je businesscase. We keken natuurlijk ook naar de winst op maatschappelijk en milieugebied. Die is ook financieel uit te drukken en kan in de businesscase. Kennisdeling en betrokkenheid van alle stakeholders was erg belangrijk. De regionale economie moet bijvoorbeeld ook de vruchten kunnen plukken. Dat draagt allemaal bij aan de haalbaarheid.”
Wat waren andere succesfactoren?
“Een subsidie van de Europese Investeringsbank was erg belangrijk. De belangrijkste succesfactor is dat we het point of no return hebben gepasseerd. Het staat nu vast dat we in Nederland volledig elektrisch gaan rijden; achterblijven is eenvoudigweg geen optie meer.”
Somm
ige pilots waren met waterstofbussen.“Lokale en regionale omstandigheden verschillen flink. Schrijf je één model dwingend voor, dan schiet je jezelf in de voet. Daarom is er de nodige diversiteit, bijvoorbeeld qua oplaadmethodes. Bij opportunity charging worden bussen tijdens tussenstops kort geladen, waardoor ze een kleinere accu nodig hebben. Bij overnight charging wordt een grotere accu gebruikt en kan de bus grotere afstanden afleggen, wat in bepaalde regio’s beter uitkomt.”
Werk deze aanpak ook in andere sectoren?
”Tot op zekere hoogte. Overal zijn specifieke hordes te slechten, maar sommige oplossingen zijn breed inzetbaar. Het TCO-model kan vaak een heel bruikbaar instrument zijn. Belangrijk is dat alle betrokken partijen hun eigen winst kunnen ontdekken; je moet ze een perspectief bieden.”
Wat zijn de nieuwe uitdagingen?
“Het zou mooi zijn als we tot een meer geïntegreerde benadering komen, waarin ook andere vormen van openbaar vervoer worden meegenomen. Denk bijvoorbeeld aan deelaut20o’s die dezelfde laadinfrastructuur gebruiken als de elektrische bussen. Maar daar zijn nog veel stappen te zetten. Hoe snel dit gaat hangt af van de ruimte die vervoerders en mobiliteitsaanbieders nemen én krijgen.”
Hugo Houppermans en Peter Soonius
Coalitie Anders Reizen
Kom aan iemands leaseauto en de rapen zijn gaar.
Met een ander mobiliteitsbeleid van bedrijven valt veel te winnen. Dat blijkt uit het project ‘Anders Reizen.” Maar pas op de leaseauto.
Het begon in de Train to Paris. Een gevarieerd gezelschap van bedrijven, startups, maatschappelijke organisaties en overheden vergezelde de Nederlandse onderhandelingsdelegatie naar de VN-klimaattop. “Vijftien bedrijven deden die dag een duurzame mobiliteitsbelofte”, vertelt Peter Soonius (rechts op foto) van Natuur & Milieu. Hugo Houppermans van de NS vult aan. ”Gaandeweg merkten de deelnemers dat er behoefte was aan concrete invulling en aan het delen van kennis en best practices op het gebied van zakelijke mobiliteit. Daarop ontstond de coalitie Anders Reizen. Het is nu een actief kennisnetwerk. Wanneer iemand een vraag stelt, is er binnen een uur een bruikbaar antwoord. Iedereen snapt dat er veel werk aan de winkel is om ons doel te bereiken.”
50 procent CO2-reductie
“De deelnemers verbonden zich aan de klimaatdoelen van Parijs. Die vertaalden wij in een CO2-reductie van 50 procent in zakelijke mobiliteit in 2030 ten opzichte van 2016”, zegt Soonius. “Daar is veel voor nodig. Het klassieke verhaal van: “de auto uit en de fiets op of de trein in” geldt nog steeds. Het gaat ook om een slimme en zo duurzaam mogelijke combinatie van vervoersmogelijkheden.” De mannen wijzen op het koploperbeleid. “Bij de veertig aangesloten bedrijven werken ruim 300.000 mensen in Nederland. Wanneer zij maatregelen nemen, zet dat zoden aan de dijk.”
Soonius: “Het wordt al makkelijker als je goed uitlegt waaróm je dat doet. Dan is er vaak minder weerstand. Geleidelijk invoeren helpt ook. Een mooi voorbeeld is ABN Amro. Nieuwe medewerkers krijgen in eerste instantie geen leaseauto of reiskostenvergoeding maar een gratis ov-kaart. Pas na drie maanden in dienst mag je aangeven of je toch voor een alternatief gaat. In de praktijk houden veel mensen liever de ov-kaart.”
Momentum
Anders Reizen lijkt een succesverhaal te worden. “Er is momentum”, vindt Soonius. “Klimaat is een maatschappelijk volwassen onderwerp geworden en een regulier onderdeel van de bedrijfsvoering. Bedrijven moeten gewoonweg wel. Ze zitten in duurzame gebouwen, hebben hun IT energiezuiniger gemaakt, nu is mobiliteit aan de beurt.” Houppermans: “Voor aanbestedingen in bepaalde sectoren kom je niet meer weg met mooie woorden: je zult echt moeten aantonen dat je kiest voor duurzame mobiliteit.”
Knelpunten
Ondanks het succes zijn er genoeg hordes. “Mobiliteit onderdeel is van de arbeidsvoorwaarden. Kom je aan iemands leaseauto, dan zijn de rapen gaar. Ik denk dat we van die mindset af moeten. Langzaam maar zeker moeten we overgaan op een systeem met duurzame mobiliteit als uitgangspunt”, zegt Soonius. Houppermans: “Fiscale maatregelen zijn nogal verkokerd ingericht op de auto, het ov of de fiets. Je zou meer flexibiliteit in die systemen moeten hebben, zodat je een optimum bereikt in reisgemak en duurzaamheid.”
Stapje verder
In de ‘jacht’ op megatonnen CO2 die met het nieuwe Klimaatakkoord is gestart, kan mobiliteit dus een belangrijke bijdrage leveren. De kruisbestuiving binnen Anders Reizen werkt daarbij aanstekelijk, merkt Houppermans. “Bij de NS wilden we ook koploper zijn in de vergroening van ons eigen wagenpark. Daarom wilden we in 2017 terug naar een maximale CO2-uitstoot van 105 gram per kilometer. Toen we merkten dat een aantal organisaties al een ambitie had van 70 g/km, besloten we een stap verder te zetten. Zo stimuleren we elkaar om de duurzame keuze te maken.”
Top tien koplopermaatregelen
- Alleen een parkeerplaats voor medewerkers die verder weg wonen;
- Schonere, liefst elektrische leaseauto’s;
- Mobiliteitsbudget met financiële stimulans voor duurzame keuze;
- Werklocatie bij een ov-halte of station;
- Aanbieden van gratis ov;
- Geef nieuwe medewerkers een ov-kaart;
- Geef leaserijders óók een ov-kaart
- Niet meer vliegen onder een afstand van 700 kilometer;
- Meer thuiswerken;
- Gedragsprogramma’s die stimuleren tot duurzaam reizen.
Wat is er in 5 jaar bereikt?
Regie op hoofdlijnen, oog voor uitvoering
Onmiddellijk na de aftrap van het Energieakkoord is het Uitvoeringsoverleg Mobiliteit en Transport (UMT) ingesteld. Het UMT voerde van meet af aan regie.
Visie Duurzame Brandstoffenmix stelt de kaders
De visie Duurzame Brandstoffenmix werd in 2014 gepresenteerd. Deze visie werd door ondertekenaars opgesteld en is samen met de Actieagenda in 2015 overgenomen door het kabinet. Op alle thema’s gingen partijen aan de slag met de uitvoering.
Lees hier meer over de brandstofmix ›
Green Deals als belangrijk voertuig
Een belangrijk deel van de uitvoering voor de korte termijn werd ondergebracht in Green Deals. Die werden onderdeel van het Energieakkoord. De Green Deals bevestigden de betrokkenheid en rol van de partijen bij het bereiken van de gestelde doelen. Ze bieden ook een structuur om de voortgang te volgen en bij te sturen. Waar mogelijk worden de deals in de komende jaren verder uitgebreid. Ze hebben een aanzuigende werking, gezien het grote aantal deelnemers dat later alsnog aansloot.
- De Green Deal Zero Emissie Doelgroepenvervoer streeft naar emissievrij doelgroepenvervoer vanaf 2025.
- De Green Deal Zero Emissie Stadslogistiek werkt aan een efficiënte emissievrije distributie van goederen. Het aantal deelnemende gemeenten groeit nog elk jaar. Doel is dat in 2030 de veertig grootste gemeenten meedoen.
- Green Deal Het Nieuwe Draaien beoogt in de periode 2016-2020 emissiereducties van CO2 (10 procent), NOx (15 procent) en fijnstof door mobiele werktuigen in de bouw en landbouw.
- In de Green Deal Zero Emissie Busvervoer streven de vervoersregio’s ernaar dat het busvervoer in 2030 uitstootvrij is. Nieuwe bussen moeten in 2025 gebruik maken van 100 procent hernieuwbare energie of brandstof die zoveel mogelijk regionaal wordt opgewekt. De uitvoering ligt op schema.
- De Green Deal Elektrisch Vervoer versterkt de Nederlandse koploperpositie op elektrisch rijden in Europa en groeit uit tot een krachtige motor voor innovatie en het openen van exportmarkten. Tot 2030 wordt de inzet op elektrisch vervoer vergroot en de ingroei van elektrische personenauto’s versneld.
- Green Deal Laadinfrastructuur werd afgesloten in nauwe samenhang met de Green Deal Elektrisch vervoer en regisseert de gestage uitrol van laadpunten voor elektrische auto’s.
- De Topsector Logistiek heeft in samenspraak met ondernemersorganisaties in de logistieke sector plannen ontwikkeld voor logistieke netwerken en is die gaan uitvoeren.
Green Deals mobiliteit ›
Aanzuigende werking
De coalitie Anders reizen is een initiatief van vijftien grote bedrijven. Deze sloot zich in 2015 aan bij het Energieakkoord. Deze bedrijven willen hun CO2-uitstoot van zakelijke mobiliteit, inclusief woon-werk verkeer in 2030 halveren. Eind 2018 hebben al 44 bedrijven zich aangesloten met ruim 300.000 medewerkers. De coalitie streeft naar tachtig deelnemende bedrijven in 2020 en duizend in 2030.
Uitleg database
In deze database kunt u de voortgang van het Energieakkoord volgen.
- In het eerste veld kunt u kiezen uit een van de twaalf domeinen.
- Daarna kun u kiezen over welk onderdeel (cluster) u meer wilt weten.
- In het derde veld kunt u nog verder de diepte in door het kijken wat er per cluster aan afspraken is gemaakt.
Als u op de knop ‘verzenden’ drukt toont de database de resultaten van uw selectie.
Meer resultaten ›
Naar database